Afgelopen vrijdag kwam de SER met de oproep dat chronisch zieken beter aan het werk moeten kunnen
blijven, waarin zij stellen dat de huidige uitstroom vooral een gebrek aan
kennis is bij werkgevers. Nu ben ik het hier deels mee eens, werkgevers zijn
vaak onvoldoende op de hoogte van de mogelijkheden. Toch zijn het zeker niet
alleen de werkgevers, want het systeem van de WIA is net zo imperfect als
andere sociale verzekeringen in Nederland.
Als we mensen na of tijdens ziekte echt
aan het werk willen houden is er meer nodig dan alleen de medewerking van
werkgevers. Het systeem belemmerd deze werkgevers namelijk ook. Een chronische
ziekte komt namelijk vaak niet alleen, en in het geval de medewerker al een
beperking heeft dan is deze in relatie tot de WIA uitgesloten. Dit houdt in dat
als je door bijvoorbeeld zware rugklachten je oude werk niet meer kan doen, en
al een bestaande beperking had, je alleen voor de rugklachten in
aanmerking komt voor voorzieningen.
Logisch?
Mensen die erg op de hoge kosten zitten
voor de sociale zekerheid, sociale verzekeringen, etc. zullen veelal zeggen; ‘dat
is toch logisch!’ Maar dat is het dus niet, want een chronische ziekte komt
vaak niet alleen. Het staat in veel gevallen in relatie met andere klachten en
deze klachten bieden voor de WIA dus geen aanknopingspunt om de benodigde
voorzieningen te krijgen die niet voor de WIA gerelateerde aandoening in
aanmerking komen.
Zelf wist ik dit ook niet, tot ik in het
oerwoud van de WIA terecht kwam nadat mijn bevalling niet geheel verliep zoals
gepland. Echter kwam ik bij de WIA keuring tot de ontdekking dat alleen mijn
bekkenklachten meetelden voor de keuring en eventueel benodigde hulpmiddelen,
het feit dat ik al mijn leven lang een visuele beperking had en zelfs medische
informatie van mijn oogarts had verstrekt, ging de arts volledig aan mijn
visuele beperking voorbij omdat deze los stond van mijn bekkenklachten. En ik kreeg deze man echt niet aan zijn verstand gepeuterd dat mijn visuele beperking in combinatie met bekkenklachten een compleet andere kansberekening op werk op leverde, laat staan dat ik voorzieningen voor het andere nodig zou hebben.
Best gek toch?
Als men mij aan het werk had willen
houden bij mijn toenmalige werkgever dan had ik dus voor zowel mijn
bekkenklachten van toen als mijn visuele beperking die ik nog steeds heb,
passende voorzieningen moeten krijgen. Echter deze kreeg is dus alleen voor de
toenmalige klachten en niet voor mijn bestaande handicap. Met als gevolg dat ik
niet bij mijn toenmalige werkgever kon blijven, ik kon mijn oude werk niet meer
uitvoeren en passend werk vroeg aanpassingen die te maken hadden met mijn
visuele beperking. Met als gevolg, een onwelkome exit.
Sinds dat ontslag heb ik jaren gezocht
naar passend werk, kwam ik tot de ontdekking dat het verkrijgen van
voorzieningen zonder arbeidsongeschiktheidsstatus een megalomane ramp was en
besloot daarom maar eens een Wajong keuring aan te vragen. Echter, ik was te
oud en had werkervaring, de voorzieningen daar kon ik wel een verzoek voor
indienen maar of ik ze kreeg was onzeker. 'Helaas, wij kunnen u niet helpen…..'
Niet dankzij UWV
Uiteindelijk ben ik afgelopen november
op mijn pootjes terecht gekomen, nu heb ik bij deze werkgever gelukkig niet
veel voorzieningen nodig en als ik ze wel nodig heb dan worden ze geregeld. Maar
dat is wel een heel uitzonderlijke positie, met als gevolg grote vrees voor als
mijn contract (of periode van losse contracten) afgelopen is. Want dan moet ik
weer opnieuw met mezelf gaan leuren bij werkgevers.
Als de SER wil dat
mensen met een beperking/chronische ziekte/handicap aan het werk blijven/komen
dan moet er eerst eens naar de kromheid van regelingen worden gekeken, naast
het beter informeren van werkgevers. Want de baten overstijgen verre de kosten als het gaat om voorzieningen, bovendien is het verspilling van talent als mensen aan de kant staan die met enige aanpassingen gewoon aan de slag kunnen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten